De mythe van rijkdom
De enige manier waarop (ware) rijkdom ertoe doet, is wanneer families en hun adviseurs de collectieve focus te verschuiven naar de niet-financiële activa van het gezin - de intellectuele, sociale en menselijke capaciteiten van elk familielid. Dit soort rijkdom is organisch en uniek voor de familie, omdat elk lid op zijn beurt een uniek individu is.
Rijkdom. Het is een schijnbaar onmisbaar lemma in het vocabularium van het familiebedrijf. Maar gebruiken we de term wel helemaal zoals het hoort?
Het beschouwen van rijkdom of bezit als iets puur financieel en materieel vergemakkelijkt in feite ons begrip van het woord. Maar het is precies daarom dat we in de illusie van 'rijkdom' trappen. Want zo vinden we het vanzelfsprekend dat het succes van familiebedrijven automatisch 'rijke' families creëert.
De mythe van rijkdom
Wij hebben als gemeenschap het begrip 'rijkdom' gekoppeld aan macht, invloed, bezittingen en controle. Die toegewezen rollen zijn zo stevig gecementeerd in onze perceptie dat we gewoon accepteren dat zij en ‘rijkdom’ hetzelfde zijn. De waarheid is dat de dingen die we gewoonlijk beschouwen als 'rijkdom' - valuta, activa, materiële goederen - allemaal bijproducten zijn van de ware zaak. Zij zijn geen ‘rijkdom’. Het zijn handige voorstellingen waaraan we rollen hebben toegewezen om ons dagelijks leven te vergemakkelijken. Een dergelijke roltoewijzing voedt de mythe en infiltreert zo diep in ons dagelijks denken dat de mythe niet meer weggedacht kan worden.
Hoe weten we dat dit waar is? Neem valuta, bijvoorbeeld. De waarde van geld bestaat uitsluitend op basis van een ruilovereenkomst. Het is een stuk papier of metalen plaatje dat universeel geaccepteerd is om ingewisseld te worden voor goederen en diensten - die in se veel meer waard zijn dan de fysieke waarde van het object zelf. Alles kan zo geconventionaliseerd worden, we moeten het gewoon die rol toewijzen.
Het beheer van het vermogen
Echte ‘rijkdom’ bestaat uit de intellectuele, sociale en menselijke capaciteiten van familieleden en de relaties die ze faciliteert. Dat is geen nieuw concept. In feite wint deze definitie momenteel aan terrein in de wereld van vermogensplanning. Dat is gelukkig een zeer bemoedigende ontwikkeling. Wat echter moeilijker wordt erkend, is het feit dat die (inter)menselijke capaciteiten eveneens beheerd moeten worden. Principieel accepteren we dat wel, maar in de praktijk blijven we de meeste aandacht geven aan de bijproducten van rijkdom.
Vaker wel dan niet, wordt die misvatting gesteund door de adviseurs. Velen geloven bovendien dat er geen duidelijke manier is om de kloof tussen de mythe en de werkelijkheid te overbruggen en dat het beheer van financiële en materiële volledig gescheiden moet blijven van het beheer van de onmeetbare activa van het gezin.
We moeten dus een nieuw en gunstig vermogensbeheerparadigma creëren dat voor meer stabiliteit zorgt tijdens recessies op de kapitaalmarkten en ons in staat stelt familieprocessen beter te beheren en zo zelfbewuste families te voeden. Dergelijke dynamische en vervullende familiebedrijven leiden vervullende levens en verenigen families, zodat ze niet alleen overleven, maar ook kunnen genieten van en in het familiebedrijf.
Naar: Will the Real ‘Wealth’ Please Stand Up! (The Practitioner) door Lisa Gray, specialist in familiebestuur.